Nieuws van boswachter Henk Ruseler: januari

Maandag 21 december 2020

Al decennia maak ik met mijn beste vriend op de laatste dag van het jaar een stevige voettocht. Afwisselend kiezen we voor een route op De Hoge Veluwe of in zijn werkgebied Kroondomein het Loo. Dit jaar vertrokken wij vanaf de Pampel richting het Deelense Veld en Hoog Baarlo, dat voor ons de twee meest favoriete gebieden zijn. In eerdere columns heb ik al eens de loftrompet gestoken over het winterse bos. De prachtige boomvormen, de begroeiing met mossen en korstmossen op takken en stammen, liefst omsluierd door winternevel en je hebt een prachtig decor om mijmerend het jaar uit te gaan.

Een onvergetelijk jaar, met een virus dat ons vanaf het vroege voorjaar tot en met de allerlaatste dag van het jaar in gijzeling nam en niet te vergeten een milieu- en klimaatcrisis die, weliswaar op de achtergrond gedrongen door COVID-19, met nieuwe droogte- en warmterecords toch van tijd tot tijd het nieuws haalde.

Al wandelend door het winterse loofbos is amper te zien in welke slechte conditie de bomen verkeren, maar dat de continue stikstofneerslag direct effect heeft op de mineralenhuishouding in de bosbodems waardoor voor bomen grote vitaliteitsproblemen kunnen ontstaan, dat is zeker. Met name de inlandse eiken, en de daarvan afhankelijke (insecten)fauna hebben het zwaar. Onder naaldbomen hebben drie achtereenvolgende droge en warme jaren al voor veel sterfte onder fijnsparren, hemlocksparren en lariksen geleid. Dat bij deze nijpende kwesties de fase van mijmeren al lang voorbij is, mag duidelijk zijn.

Vandaar dat het Park heeft gemeend haar bossenbeleid -zoals dit de laatste honderd jaar is gehanteerd- aan te scherpen, en aan de hand de huidige inzichten ten aanzien van biodiversiteit, productie, klimaat, recreatie en milieu, dit jaar een begin te maken met een nieuwe bossenbeleidsvisie.

Gestreefd wordt om in het toekomstig bos op De Hoge Veluwe een zo hoog als mogelijke verscheidenheid aan dieren en planten te waarborgen. Door regelmatig te dunnen en oog te hebben voor de kwaliteit van bomen en bos blijft houtoogst voor hoogwaardige toepassingen mogelijk en ontstaat er een meer gevarieerd (donker/licht, open/dicht) bos met verschillende soorten, zowel horizontaal als verticaal. Het bos van de toekomst zal vooral bestaan uit loofbomen die de komende decennia bestand zijn tegen de te verwachten klimaat- en milieu-invloeden. Vanzelfsprekend wordt in de bossenbeleidsvisie ook de recreatieve waarde van het bos meegenomen. Immers, een afwisselend bos wordt door de bezoekers van het Park in hoge mate gewaardeerd.

Vanwege deze ambitie staat er dus in 2021 en de jaren daarna nogal wat te gebeuren. Zo zal er een nog grotere impuls worden gegeven aan het omvormen van naaldbos naar loofbos en het aanplanten van niet meer aanwezige loofboomsoorten, vooral soorten met goed afbreekbaar strooisel. Zoals u wellicht weet is op de Kemperberg in 2020 het eerste klimaatbestendig bos aangelegd, waarbij naast inheemse - ook uitheemse soorten zijn aangeplant die beter bestand zijn tegen warmte en droogte.

In de komende jaren zullen meer bosgebieden worden omgevormd tot rijkere bosecosystemen. Soms kan de huidige boomsoortensamenstelling en de daaronder ontwikkelde bodem een succesvolle omvorming verhinderen. Bijvoorbeeld grove den, zomereik en beuk zijn boomsoorten met een sterk verzurend strooisel. Aanplant met boswilg, ratelpopulier en hazelaar behoort dan tot de mogelijkheden. In situaties op rijkere, minder zure bodems wordt linde, esdoorn en misschien zelfs kers overwogen. Het aanplanten van hierboven genoemde soorten met een goed afbreekbaar strooisel werkt positief op een goede opbouw en gezonde samenstelling van de bodem waardoor het bos beter bestand wordt tegen klimaatinvloeden als droogte en de effecten van de neerslag van stikstof.

Een gezond bos produceert hout en dit is bij uitstek een product dat voor lange termijn CO2 vasthoudt.  Hoe sneller en meer een boom groeit, hoe meer CO2 er wordt vastgelegd. Om hiervan zo lang als mogelijk profijt te hebben is het zaak een goed groeiend en vitaal bos te hebben. Het oogsten van hout en dit gebruiken in hoogwaardige eindproducten in bijvoorbeeld de bouw, kan als vervanging dienen voor producten die bij de fabricage hiervan juist koolstof produceren.

Het komend jaar zullen we naar verwachting stap voor stap de COVID-19 crisis gaan bedwingen, de oplossingen voor de klimaat- en milieuproblematiek en de gevolgen zijn gecompliceerder en kosten net als het bestrijden van een virus niet alleen heel veel geld, het gaat vooral vele decennia duren. Met de omvorming van onze bossen wordt op De Hoge Veluwe de eerste aanzet gedaan.

Het begint te schemeren wanneer wij vlakbij de Pampel een roedel edelherten zien staan, we tellen twaalf hinden en kalveren die zich te goed doen aan jonge bomen en struiken onder het honderd jaar oude dennenbos. Een in een slakkengang passerende auto op de Houtkampweg wekt hun aandacht waardoor ze de twee oudejaarswandelaars niet bemerken. “De laatste wildspotters van het jaar” bemerkt mijn vriend, stilletjes blazen wij de aftocht.

Welke rol herbivoren zoals edelherten en reeën spelen bij onze plannen voor een toekomstbestendig bos, daar vertel ik graag een volgende keer over. Voor nu wens ik u en al uw naasten een gelukkig en vooral gezond 2021.