Dit jaar bestaat Het Nationale Park De Hoge Veluwe 90 jaar. Het Park kent een rijke geschiedenis. Daarom besteden we dit jaar aandacht aan belangrijke historische gebeurtenissen.
In de jaren 1975 -1984 is er in het Park vooral veel gebeurd op het gebied van natuurbeheer.
1978 - De Middelbare Bosbouw- en Cultuurtechnische School uit Arnhem maakt een inventarisatie van de bomen in het Park. Het oudst zijn eiken bij plaatsen waar vroeger boerderijtjes stonden (130 jaar). Bij de ingang Hoenderloo zijn twee stukken laan van 125 jaar oud.
1979 - De provincie Gelderland publiceert een rapport over het zogeheten proefgebied Nationaal Landschap Veluwe, met plannen voor de toekomst van de Veluwe. De basis van het faunabeheer is voornamelijk de instandhouding van het natuurterrein en de daarbij horende diersoorten.
1979 - Het bezoekerscentrum wordt heringericht en later, in 1984, uitgebreid met een toiletgroep en een filmzaal.
1979 - De Commissie Natuurbeheer wordt ingesteld. De meer esthetische aspecten van het bosbeheer krijgen extra aandacht. Dit blijkt onder meer uit het streven naar meer parkachtige bossen bij de ingangen, het sparen van fraaie solitaire bomen en boomgroepen en de verfraaiing van de bosranden bij bestaande bossen.
1979 - Er wordt gestart met het machinaal afplaggen van de heide op een aantal proefvelden. Een jaar later wordt dit op grotere schaal voortgezet.
1981 - Het Park wil in het noordelijk deel als vanouds prioriteit geven aan cultuur, recreatie en educatie en dit in de toekomst naar een hoger niveau tillen.
1983 - Onder leiding van de Vrienden van De Hoge Veluwe wordt onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van houtwallen. Een kaart uit 1725 van de ontginning Oud-Reemst komt daarbij van pas. Het plan is een aantal houtwallen te herstellen.
1983 - De omgeving van het Jachthuis Sint Hubertus wordt gereconstrueerd en restaurant De Koperen Kop wordt verbouwd.
1983 - Het Park brengt een beleidsnota Terreinbeheer uit. Er worden enkele bosreservaten ingesteld, waarbij het beheer gericht wordt op het instandhouden van het bestaande bostype met zo min mogelijk ingrepen. Deze reservaten zijn: De Pampelse bergen (inclusief de Franse Berg), het bos nabij Hoog Baarlo, het Jeneverbessenbos bij Otterlo en een deel van het bos bij Siberië ten noordoosten van het Jachthuis Sint Hubertus. In het Verdronken vliegdennenbos langs de weg Otterlo-Arnhem, de Eikehoutbergen (Deelense Start) en het vliegdennenbos in de omgeving van de Sickesze dennen vinden enige tijd helemaal geen ingrepen meer plaats. Dit beleid wordt later weer losgelaten.
1983 - Ook voor de heide wordt een beheerplan opgesteld. Er wordt jaarlijks voortaan jaarlijks 15 hectare grasheide afgeplagd en 35 hectare wordt gemaaid of gebrand om vergrassing tegen te gaan.
1984 - Het bezoekerscentrum wordt uitgebreid met een toiletgroep en een filmzaal.
1984 - Door het verwijderen van 900 meter tussenraster wordt het Otterlose Zand aan de Wildbaan toegevoegd, waardoor een leefgebied van 3700 hectare ontstaat voor edelherten, wilde zwijnen en moeflons. Na de varkenspest in 1983 leven er rondom de Wildbaan nog maar 10 wilde zwijnen, voor het merendeel mannetjes. Er wordt besloten enkele dieren van de Zuid-Veluwe in te voeren en het aantal op 45 te brengen.
Hier leest u over het voorgaande decennium sinds de oprichting van Stichting Het Nationale Park De Hoge Veluwe. Lees ook de historische verhalen.